woensdag 30 januari 2013

WeblogOpdracht: Renaissance.



Vraag1:
Omdat de dichters de belangrijkheid van hun stad wilden laten zien. Met hun gedichten lieten ze de mensen lezen over hun mooiheid van hun stad.
Vraag2:
Die vrouw schreid over zijn lijk. Het kind gaat dood. De verteller lijkt dit gedicht wel meegemaakt te hebben.
Boven in de hemel is alles goed, en je moet in god geloven.
Het is een kind en het wordt een lyck want hij gaat dood.
Vraag3:
  1. dat Nederland wordt overgenomen door een ander land, of iemand wordt beroofd.
  2. Omdat het dan makkelijker om te lezen is?
  3. Dat als er iets gebeurt dat je het dan niet hoeft te accepteren maar ertegen moet vechten.
  4. Nee, het is weg.

Opdrachten: schrijven voor een speciale gelegenheid,

Vraag1:
Omdat ze graag dingen over hun stad willen laten lezen, en laten horen.
Vraag2: Omdat vroeger niemand die gedichten en teksten heel mooi vond of het waard vond om het te kopen.
Vraag 3:
  1. Het gaat over een soort van oorlog waarin hij werd vermoord of geëxecuteerd. Want hij had iets gedaan waar hij van werd beschuldigd. En daar stond de doodstraf op.
  2. Hij gebruikt dit omdat hij zijn stok wilde laten zien als zijn alles. Alsof hij er tegen kon praten en er van alles tegen kon vertellen. Hij wilde ook dat zijn stok door niemand meer werd aangeraakt, dat gebeurt nu ook, het staat in het rijksmuseum.
  3. Dat de prins een landverrader was. En hij schreef ook over de oorlog met Spanje. Hij moest hiervoor een boete van 300 gulden betalen en het boek werd verboden.
  4. Ja in het rijksmuseum.


  Opdracht 2: handleiding voor de tijdreiziger.

De Renaissance was van 1500 – 1700. In die tijd gebeurde er veel. De mensen waren de middeleeuwen zat en gingen andere dingen proberen en uitvindingen verrichten. Ook werden gedichten en vormen van ‘de verlichting’ kenbaar. Ze werden dus de middeleeuwen zat en gingen de Gouden eeuw in. Alles werd beter?
Een kenmerk van de Renaissance was dat ze van de middeleeuwen naar de klassieke oudheid gingen. Ze waren de middeleeuwen zogezegd zat, en wilde weer iets anders hebben. De traditie om de geschiedenis van Europa in drie perioden onder te verdelen, oudheid, middeleeuwen en nieuwe tijd, is tijdens de renaissance ontstaan. De mensen van de klassieke oudheid zeggen dat het de schuld is van de ‘midde-eeuwers’ dat de tijd zo is geworden. Ze willen het weer terug naar hun tijd. De tijd van de Gouden eeuw, de gouden eeuw was van 1600-1700.   

Een ander kenmerk van de Renaissance is secularisering. De invloed van de renaissance deed zich vooral gelden waar het ging om het denken en voelen van de elite. De intellectuele elite ontwikkelde een levensstijl die zich aan het religieuze onttrok. Dit proces wordt secularisering genoemd. De nieuwe, seculiere levenssfeer werd vooral zichtbaar gemaakt in de kunsten en de letteren. Centraal stonden vragen op het gebied van de moraal en de vraag naar de plaats van het individu in de samenleving. De betekenis van de renaissance wordt hoofdzakelijk zichtbaar in de sterk veranderende opvattingen op het gebied van smaak en stijl, fatsoen en decorum, opvoeding en onderwijs.

Ook een kenmerk van de Renaissance was het individualisme. Het individualisme werd steeds belangrijker in de Renaissance. De mannen moesten doen wat ze moesten doen en de vrouwen deden wat zij moesten doen. De burgers kregen ook een grotere rol in de politiek, ze mochten meestemmen en bepalen hoe het er soms aan toe ging. Van mannen werd verwacht dat zij het lot naar hun hand zetten. Er ontstond een verering van het individu, van 'grote mannen' die zichzelf onderscheidden van hun omgeving. Een dergelijke man, die zijn rivalen overtrof, bezat virtù (= deugd) in de ogen van zijn tijdgenoten. Het werd als een typisch mannelijke kwaliteit beschouwd. Een goed voorbeeld van dit nieuwe individualisme wasBenvenuto Cellini, een veelzijdig kunstenaar met een uitgesproken karakter.

Realisme in de beeldende kunst.
De toenemende aandacht voor het hier en nu ten koste van de nadruk op het eeuwige en transcendente blijkt ook uit het toenemend realisme in de beeldende kunst. Vanaf de renaissance werd van westerse kunst verwacht dat deze de werkelijkheid op een objectieve manier vormgaf en als zodanig herkenbaar was.
De ruimte was niet langer onpeilbaar en onkenbaar, maar werd als geordend beschouwd, zichtbaar en meetbaar.
Hoe zien de mensen eruit?
De mensen zager in die tijd keurig uit, tenminste als je wat geld had. Het was een tijdperk van de Gouden eeuw, van het handelen van de economie die begon op te bloeien. De mensen droegen pruiken en mooie kleding.
De mensen praatten vroeger ook in een, voor mij, hele rare taal die van het Nederlands is afgeleid. Hier is een voorbeeld:
Constantijntje, ’t zalig kijntje,
cherubijntje, van omhoog
d’ ijdelheden hier beneden
uitlacht met een lodderoog.
Moeder, zeit hij, waarom schreit gij,
waarom greit gij op mijn lijk?
Boven leef ik, boven zweef ik,
engeltje van ’t hemelrijk.
En ik blink er, en ik drink er
’tgeen de schinker alles goeds
schenkt de zielen, die daar krielen,
dertel van veel overvloeds.
Leer dan reizen met gepeizen
naar paleizen, uit het slik
dezer werreld, die zo dwerrelt.
Eeuwig gaat voor ogenblik.
Dit is een gedicht met de oude Nederlandse taal.
Vroeger dachten de mensen ook anders dan nu. Ze wisten vroeger nog niet hoe alles eruitzag of hoe het werkte. Vroeger dachten ze alleen aan het geloof. Nu gingen ze verder, ze vonden dingen uit, ze begonnen gedichten gedichten te schrijven en kunst te maken. Ook het individualisme begon zijn rol te spelen. De mannen deden wat zij moesten doen en de vrouwen.
Hierboven zie je een schilderij uit de Renaissance. Dit schilderij heet: De wedergeboorte van Venus. Geschilderd door Sandro Botticelli.
Als je goed wilt snappen wat de mensen zeggen in de Renaissance raad ik je aan om teksten en gedichten te lezen van Joost van den Vondel. Het meest geschreven genre in die tijd waren gedichten omdat mensen als hobby wilde uitzoeken wat er nou met dat gedicht bedoeld werd. Ook werden er toen veel schilderijen gemaakt, dus is het ook handig om een paar beroemde schilderijen te bekijken en er goed over na te denken. Want dat gebeurde in die tijd veel: NADENKEN!